vrijdag 24 december 2010

Vrijdag 1 januari 1943

Vrijdag 1 januari:
Het is al 1 uur geweest voordat wij gaan slapen, want wij hebben eerst alles lekker opgesmuld en zijn toen met een dikke buik onder de wol gekropen, tot 's morgens 9 uur, toen opgestaan, gewassen, koffie gezet, brood gegeten en daarna wat zitten schrijven. Ondertussen ruimen de jongens de boel een beetje op en lopen wat te zingen en zo zachtjes aan is het weer etenstijd geworden, nu en het eten daar is goed, wij nemen nog een pot bier na en zitten nog even te praten en zijn daarna Jan en ik naar die Duitser gegaan, maar die kwamen wij toen net tegen in de stad met zijn vrouw en zoontje en die zei, ja ik dacht dat jullie niet meer kwamen omdat het al zo laat werd, maar zei hij, weet je wat, wij gaan nu, naar een broeder van mij, komen jullie een zondagmiddag dan, nu wij zeiden dat is goed, dan komen wij zondagmiddag, nu wij hebben toen nog even staan praten en zijn toen de stad ingegaan, hebben daar wat ansichtkaarten gekocht en wat schrijfpapier en hebben toen nog even rond gedwaald en zijn toen weer naar de fabriek gegaan. Nu en toen kwamen wij de andere jongens ook net tegen en toen zijn wij weer met zijn allen naar de fabriek gegaan, want wij hadden natte voeten gekregen in de sneeuw. Hebben toen eerst onze schoenen uitgetrokken en sokken en hebben toen brood gegeten en ons weer verkleed want nu gingen wij toch nergens meer heen. Nu toen ben ik weer aan het schrijven gegaan en heb toen een stel kaarten naar familie en kennissen geschreven. Hebben daarna koffie gedronken en wat koekjes gebakken nu en die smaakten goed, net het zout dat was er in vergeten, maar dat mag hem niet hinderen, wij hebben toen nog gauw een pan met mout gekookt en zijn daarna gauw naar bed gegaan. Zo was dan de eerste dag van het pas begonnen jaar weer om en wij hadden allemaal de wensch uitgesproken dat het het jaar van de vrede mag worden, dat wij volgende nieuwjaarsdag weer bij onze vrouw en familie mogen wezen voorgoed.

woensdag 15 december 2010

Donderdag 31 december 1942

Donderdag 31 december:
Even 7 uur wakker, koffie gezet, wassen, aankleden en brood eten. 8 uur weer aan de arbeid, weer inpakken tot ''s middags 1 uur, zijn toen gaan eten. Daarna weer naar de fabriek terug. Ons gewassen en wat opgeknapt, zijn toen de stad ingegaan om boodschappen te doen en nu begon het flink te sneeuwen, zodat wij geheel onder de sneeuw kwamen te zitten. In de stad hoorden we plotseling muziek in onze oren klinken, Jan en ik liepen samen en ik zei al waar zou toch die muziek vandaan komen, want wij hoorden dat zij het lied speelden van een Vaste burgt is onze God. En toen wij er vlak bij waren, toen kregen wij het in de gaten want toen kwam het boven van de toren af, daar zat het koor te spelen, wij zijn niet lang blijven staan, omdat wij haast hadden naar huis toe en zodoende kwamen wij weer om een uur of 6 weer in de fabriek aan, wij hadden ook nog wat brieven gepost deze middag, wij hebben nu gauw alles uitgepakt en opgeborgen, brood gegeten en al vast weer een aardappeltje geschild voor vanavond. Ari maakte de kool schoon en wij de aardappelen. Wij kregen alle nog een reepje van Roelof en zette ondertussen nog wat thee, die Ari nog bij zich had. Nu en na dit alles dan komt nog de chocolade, want die heeft Ari ook nog bij zich en zodoende maken wij er nog een heel gezellig avondje van, want het wordt zo ongemerkt al 11 uur en mijn gedachten dwalen af naar huis, naar mijn vrouw en kind, naar de familie en naar al hetgeen in het afgelopen jaar is geschied. Het is een veelbewogen jaar voor ons geweest, een jaar om nooit te vergeten, een jaar van ongekende moeite en angst en ook een jaar van grote zegeningen, want wij mogen allen nog in gezondheid het jaar uit gaan. Het had toch alles zo gansch anders kunnen zijn, als wij daar op zien, nu dan komen wij o nog zo veel dankbaarheid tekort, nu en zo draait de klok zijn gestadige tik maar voort, tot eindelijk het grote moment daar is, dat de wijzers elkaar passeren en het oude is niet meer, het nieuwe is aangebroken.

donderdag 9 december 2010

Woensdag 30 december 1942

Woensdag 30 december:
Worden precies op tijd wakker, wassen, aankleden en brood eten. Daarna krijgen wij kaarten en die moeten wij in de klok afstempelen, dat is er voor dat wij niet te laat komen. Nu en toen wij buiten kwamen, toen zagen wij dat alles onder de sneeuw lag en dat het nog sneeuwde. Toen weer naar ons werk, daar aangekomen was weer hetzelfde werk. papier kruien en daar maakte ik ook kennis met een duitser die mij uitnodigde om eens een avondje te komen praten. Nu en dat aanbod heb ik niet van de hand gewezen, ik zei toen dat Jan mijn kameraad was, nu zei hij, dan breng je hem ook mee, dan komen jullie samen. Nu toen hebben wij dan afgesproken dat wij nieuwjaarsmiddag naar hem toe zouden gaan, nu en zo ongemerkt was het al weer etenstijd geworden, dus eerst maar weer eten en dan maar weer arbeiden. ’s Middags moest ik toen helpen inpakken daar was Jan ook al een dag mee bezig, want er stond een hoop werk dat nog voor het nieuwe jaar weg moest. Nu de hele middag inpakken tot 5 uur toe, daarna weer hetzelfde, wassen, brood eten en koffie zetten. Nu en in deze dag waren Ari en Gerrit de stad in geweest en hadden bonnen en dergelijke meegebracht voor ons, dus dat was ook alles al weer voor mekaar, nu en meteen dat wij zitten te praten komt de portier er in met nog een Hollander bij hem, nu op dat moment dat hij binnen komt maakt hij geen slechte indruk. Hij zegt dat hij uit Zwolle komt maar dat hij hier al 2 maanden is en dat hij uit Hessen Lichtenau komt, ja zeiden toen die andere jongens daar komen wij ook vandaan, nu zei hij dat is me daar een rot bende, want daar liggen duizenden buitenlanders en je moet daar aldoor werken met een gasmasker op, nu ik hoop zei hij, dat het hier beter is, want ik ben blij dat ik daar vandaan ben. Nu wij hebben toen nog wat aardappelen gebakken maar dat mislukte en toen hebben wij ze maar gekookt met een paar uien er door nu en dat was ook lekker hoor. Wij hebben toen gauw de boel nog afgewassen en zijn toen gauw naar bed gegaan en waren weldra gauw weer onder zeil.

dinsdag 7 december 2010

Dinsdag 29 december 1942

Dinsdag 29 december:
’s Morgens om 7 uur wakker, afwassen, brood eten en naar het werk, nu dat is precies als de vorige dag, opruimen en ’s middags papier uit een andere afdeling halen. ’s Middags warm wezen eten, en 5 uur was de arbeid weer afgelopen brood klaargemaakt en koffie gezet, en toen na het brood kwamen er nog 7 Hollanders bij, 3 die moesten bij ons werken en 4 moesten er weer naar een andere fabriek, maar die moesten nu hier zo lang logeren, omdat in de andere fabriek de boel nog niet klaar was voor hun, nu en de eerste indruk die wij van die lui kregen nu dat was geen mooie want het was net een stel uit een woonwagen, zo zagen zij er uit, vloeken en schreeuwen en een drukte. Nu wij zeiden al, het is maar een geluk dat er weer vier van weg gaan. En zo ongemerkt was het al weer laat geworden. Wij eten nog wat pudding en kruipen daarna onder de wol.

zaterdag 4 december 2010

Maandag 28 december 1942

Maandag 28 december:
6.30 uur, Roelof is wakker en begint ons te roepen want het is hoog tijd voor ons, want 7 uur beginnen, nu dan heb je een half uur hard nodig. Dus wij gauw er uit, ons gauw gewassen en brood gegeten en toen naar onze afdeling. Daar aangekomen was alles nog donker, even gewacht en toen er niemand kwam zijn Jan en ik weer teruggegaan naar onze kamer. Daar aangekomen waren de andere jongens er ook al en toen kwam de portier en die zei dat wij om 8 uur pas begonnen, dus moesten wij wachten tot 8 uur, nu wij hebben toen wat heen en weer gelopen, wat gezongen, en sigaretje gerookt en zo zachtjes aan was het 8 uur geworden, wij toen weer naar onze afdeling, daar aangekomen moesten wij de boel in de fabriek wat opruimen want de machines draaiden niet eerder dan 4 januari, nu ik moest wat papier weg brengen en dan dit en dan dat doen, deze morgen, om 9 uur brood eten en daarna weer hetzelfde werk, opruimen tot 5 uur, daarna ons gewassen en brood gegeten, daarna heb ik mijn schoenen gepoetst en mijn kleren van zondag netjes in mijn koffer gelegd. Ondertussen zit Ari erwten uit te zoeken want voordat we gaan slapen willen we eerst nog wat erwtensoep koken. De andere jongens ruimen de boel nog een beetje op en lopen te zingen en te fluiten en ondertussen staat de erwtensoep al lekker te koken, er zat een stukje worst van Ari in en wat peper van Jan wat zout van Teun en de erwten van Arend, nu toen hebben we nog het pannetje met vlees van mij opgezet, en klaargemaakt. Toen het alles klaar was hebben wij gegeten als een koning zo heerlijk was het, want de pan met vlees vonden ze zo lekker dat ze zeiden, nu je vrouw mag nog eens een pannetje met vlees voor ons koken hoor, nu dat was heerlijk ook want ze was zo vet dat ik mijn bord vol nog niet eens op kon, dat heb ik de volgende morgen pas opgegeten, nu wij hebben toen nog gauw de boel afgewassen en zijn toen naar bed gegaan, zo is dan de tweede werkdag in Duitsland verlopen.

donderdag 2 december 2010

Zondag 27 december 1942

Zondag 27 december:
Het is 9 uur voordat er weer leven komt in de brouwerij. Jan die is de eerste, die van het rik af gaat en even later volgen de andere hanen zijn voorbeeld en weldra zitten wij weer aan een kopje koffie met een boterham. Teun en Ari gaan even brieven posten en ondertussen ruimen wij de boel een beetje op en een lied ontbreekt niet als wij aan de arbeid zijn. Het is nu aldoor weer van, knaapje zag een roosje staan en waar de blanke top der duinen en ondertussen komen er een paar Duitse kinderen stiekem bij ons om de deur gluren en rennen dan gauw weer weg als ze ons zien, maar even later dan zijn ze er al weer en dan komen ze even bij ons kijken nu en dan is het weer etenstijd geworden. Wij komen binnen en daar zitten Duitsers op onze plaats, daar wij altijd zitten, nu de juffrouw gaat even naar ze toe en zij moeten op staan en aan een andere tafel gaan zitten, en dat doen ze ook en nu kunnen wij gaan zitten, dus wij hebben hier een vaste plaats en worden nog beter behandeld als de andere mensen, ja en dit is niet de eerste keer maar dit is al meer voor gekomen dat ze voor ons op moeten staan en nu kregen wij opgediend, soep, aardappelen, kool, vlees en appelmoes na, nu en dat smaakte fijn hoor, na nog een glasbier gedronken te hebben zijn wij weer opgestaan en zijn naar de fabriek gegaan en daar aangekomen gingen Ari en Teun direct aan het schrijven en daar hadden de anderen geen zin in want wij wilden gaan wandelen omdat het zulk mooi weer was. Na nog even getwist te hebben over gaan of niet gaan, besloten wij dan eindelijk om te gaan wandelen en toen zijn wij dan de bergen ingegaan, maar dat was me een klimpartij, wij waren halverwege en toen hebben wij eerst gerust en na een minuut of 10 gewacht te hebben zijn wij weer verder gegaan. Eindelijks waren wij dan bovenop, nu ik schat dat wij een duizend meter boven de begane grond waren, het was jammer dat het zicht zo slecht was want je kon niet ver van je af zien, maar iedere keer dan konden wij eens zo tussen de bomen door zien en dan keek je zo op de stad neer en dat was een schitterend gezicht want dan zag je die huisjes zo in de bergen staan en dan keek je er zo op neer, nee het was prachtig in één woord. Nu en de aftocht dat ging beter, dan de optocht, want nu moesten wij ons iedere keer tegen houden anders dan zouden wij zo hard moeten rennen en dan kon je het niet uit houden. Nu wij waren gauwer beneden dan boven en toen zijn wij weer naar de fabriek gegaan. Daar aangekomen hebben wij eerst brood gegeten en toen gebeurde er iets dat de orde en rust dreigde te verstoren, want Arend van de Groef was het niet eens over het brood verdelen en toen ontstond er een klein kibbelpartijtje tussen Arend en de andere jongens. Na enige ogenblikken gekibbeld te hebben dreef dat buitje ook weer spoedig over en kwam zo langzamerhand de stemming er weer in want wij kwamen overeen om in het vervolg de donkere wolken zo veel mogelijk langs ons heen te laten gaan, want wij zitten nu eenmaal in het schuitje en moeten dus varen en ondertussen was het al weer laat geworden. Wij hebben toen nog wat griesmeel er in gedaan en toen begon ze wat dikker te worden. Nu toen ze wat kouder geworden was, hebben wij ze naar binnen gewerkt en zijn toen naar bed gegaan en sliepen wij weldra als een roos en die zondag hadden wij niet behoeven te werken, zoals het ons eerst was gezegd. Nu wij waren er blij om ook hoor, zo is dan de eerste zondag in Duitsland verlopen.